zondag 24 november 2013

Metropol Parasol (1); 'ouwe meuk'

Donderdag jl. hebben enkele foto's op mijn Facebookpagina tot wat opmerkingen geleid. Het gaat om afbeeldingen van de reusachtige 'oesterzwammen' die sinds voorjaar 2011 de Sevilliaanse Plaza de la Encarnación gedeeltelijk overkappen. De localo's spreken van Las Setas, de Paddenstoelen, terwijl de officiële naam Metropol Parasol de la Encarnación luidt.

Ik heb het over dit opvallende werk met Marta, de docente bij wie ik in El Puerto de Santa María de afgelopen week mijn kennis van de Spaanse grammatica bijpoetste. Het blijkt dat haar oma 30 jaar aan dat bewuste plein woonde. 'Het was een traditionele plaats waarop niets gebouwd mocht worden vanwege de aanwezigheid van archeologische resten. Er was veel discussie rond de komst van dit moderne bouwwerk'. Dat laatste is goed voorstelbaar. Volgens Marta past de constructie bij het streven van de lokale overheid om de stad een moderner imago te geven.

De Metropol Parasol is ontworpen door de Duitse architect Jürgen Mayer. Dat het opgetrokken is uit hout, blijkt me eerder op 16 november ontgaan te zijn. En dat oudheidkundige overblijfselen sinds de afronding van de bouw te bezichtigen zijn, heb ik die dag ook gemist. Dus ga ik - weer terug in Sevilla - op de 24ste nog eens kijken.

‘Krankzinnig, zo'n ding op deze plek', denk ik onderweg vanaf het hostal aan de Puerta Jerez. Krankzinnig mooi of lelijk: ik weet het nog steeds niet. Het is niet de schoonheid van het werk waarover ik loop te dubben: eerder over de keuze van de plaats in het oude centrum van Spanjes vierde grote stad.

De breed uitwaaierende hoeden van de paddenstoelen steken af tegen de blauwe ochtendlucht. De raatvormige onderkant doet me aan Luikse Wafels denken. Ter plekke verwijst een bord naar een ondergronds Antikwarium. Beneden word ik verrast door de lengte van de rij voor de kassa. Niet voor de bezichtiging van de opgravingen overigens, zo blijkt: vanaf hier kun je met een kaartje boven óp het bouwwerk komen. De entree naar de Romeinse stad Hispalis ligt wat verderop.

De verborgen ruimte blijkt groot. De fundamenten van de bovengrondse werken zijn 'sparend' geplaatst. Je ziet ze niet over het hoofd, terwijl ze de resten uit de eerste eeuwen niet erg storen. De aanpak doet me denken aan de methode die op verschillende plaatsen in het noordelijker gelegen Mérida is toegepast. Of dichter bij huis bij het Archéforum onder de Markt van Luik.

Spal zou de oorspronkelijke naam zijn geweest van de oude Phoenisische nederzetting waarvan de Romeinen Hispalis maakten. Later onder de Arabieren werd dat Ishbiliya, waarvan Sevilla weer een afleiding is.

De Romeinse overblijfselen liggen het diepst: -5,5 m. Ze werden rond 1999 in kaart gebracht vanwege plannen voor een parkeergarage. Die kwam er niet. De restauratie en openstelling waren onderdeel van het plan Metropol Parasol. Animaties brengen per 'huis' de vermoedelijke oud staat in beeld.

Aan één kant liggen op een iets hoger niveau de resten van een pand uit de Arabische periode. In die tijd van 712 tot 1248 groeide de plaats aan de rivier enorm. Niet voor niets is de oude binnenstad van Sevilla nu de derde grootste van Europa. Veel herinnert in deze stad aan de langdurige aanwezigheid hier van de mohammedanen. En dan bedoel ik niet de resten van moskeeën. Zo barst het hier van de sinaasappelbomen in het straatbeeld. Vol met appeltjes van oranje. In Spanje geïntroduceerd door de Arabieren.

Na een uur kijken en genieten verlaat ik deze in mijn ogen sprekende expositie. Iets voorbij deze 'ouwe meuk' koop ik een kaartje voor het uitzicht van de 21ste eeuw vanaf de Metropol Parasol. 

1 opmerking: